Je bekijkt nu Verslag autozoektocht 17 april 2021
  • Berichtcategorie:Nieuws / Verslagen

Niet zomaar “eens iets anders”

Oké, het is wél eens iets anders. Want, geef nu toe, wat moet je anders doen op een zaterdagavond in coronatijden? De zoveelste wandeling? Nog maar eens gezellig e-peritieven met je schoonmoeder? Knus in de zetel met een glas wijn en een herhaling van een herhaling van FC De Kampioenen of Friends?

Een autozoektocht bleek echt een waardig alternatief te zijn. Goele (mijn vriendin) en ik hadden zoiets nog nooit gedaan – in tegenstelling tot het boven vernoemde – dus waarom niet “eens iets anders”. Voor een luttele 5 euro per wagen konden we ons inschrijven. Wij beslisten om slechts één auto te gebruiken, waarmee we om 20u00 aan de “Halleman” in Halle-Booienhoven moesten zijn om onze briefing te ontvangen van één van de organisatoren, welbekend door menig lezer onder jullie.

Daar kregen we – nadat hij onze voorgangers Kaat en Wim op pad had gestuurd – de uitleg over het bolleke, het streepje, de kartonnen taartonderlegger en enkele regeltjes over strafpunten. Voor bleke leken zoals wij bleken te zijn, was het op voorhand lezen van deze regels op de website van Pubcorns geen overbodig luxe. Luxe schuwen we niet, dus hadden we de regels inderdaad vooraf gelezen, waardoor de uitleg van de zilveren vos goed verteerd kon worden. Voor we een tien minuten later ons avontuur, want dat werd het toch wel een beetje, aanvatten, kregen we elk nog een frisdrank om tijdens de tocht te nuttigen. Een overschotje van chocolade paaseieren hadden we zelf voorzien.

Uitkijken geblazen

Het begin leek ons makkelijk: vertrekken aan ons rendez-vouspunt om dan de rode lichten aan de Tiensesteenweg over te steken. Een bekende weg voor mensen van de streek. Maar zelfs nog voor we goed en wel vertrokken waren, had die dekselse Franky ons al liggen zonder we er erg in hadden. Tijdens zijn uitleg had hij immers al een taartonderlegger vast, “als voorbeeld”, met daarop het woord Angie (uiteraard naar het lied). De eerste strafpunten waren al binnen. Zo makkelijk hadden ze het ons dus niet gemaakt. Ach, dat maakte het des te interessanter. De eerste bordjes kwamen we tegen in de veldweggetjes na een vijfsprong, waar we al goed moesten kijken om het juiste straatje in te slaan. Het waren veldbaantjes waar we nog nooit eerder voet of band hadden gezet. Onterecht zo bleek, want de vallende zon gaf een prachtige gloed over de vele prille bloesems die het landschap vulde. Goele, copiloot, notulist en fotograaf van dienst leefde zich uit. Uitkijken dus naar de kartonnen taartonderleggers, de juiste weg en de Haspengouwse pracht.

Sommige taartonderleggers vielen goed op, anderen waren iets moeilijker te zien. Dertig km/u tussen de boomgaarden was echt al veel om de zoektocht tot een goed einde te brengen. Toch als je een podiumplaats zou ambiëren. De kartonnen taartonderleggers versierden de bomen, paaltjes, struiken, etc. Woorden als The Pub, Corns, 2 Mei, Motor en Rit schreef Goele op. Ze gaven ons ook al een eerste idee van wat we zo ongeveer mochten verwachten. En natuurlijk ook wat de mannen van Pubcorns nog meer in petto hebben. Zo kwamen we bijvoorbeeld ook al snel te weten dat een volgende editie van Quizterium zich opdringt.

Ik heb de zon zien zakken

En toen werd het donker. De bollekes en pijltjes volgden elkaar in een vlot tempo op en plots passeerden we het voetbalplein van Velm VV. Hoe we plots in Velm rond reden, was ons een raadsel, maar we kwamen nog steeds vol gekribbelde kartonnetjes tegen, onder andere aan de Oscargenomineerde hoeve van Rundskop, dus we zaten op de goede weg. Tot… we plots een straatje ingingen dat we eigenlijk moesten negeren. Lap! De eerste kostbare minuten werden verloren. Die werden volgemaakt door gefoeter, de schuld bij de kaart te leggen, of bij onduidelijke straten en verder heel wat rondrijden en straatjes proberen. De afwezigheid van het daglicht maakte het ons niet makkelijk. Maar door uiteindelijk een paar keer op onze stappen, of beter manoeuvres, terug te keren, dachten we onze misstap te zijn tegengekomen. We reden een straatje voor plaatselijk verkeer in en… jawel! Een taartonderlegger van kartonnen aard! Ford was het woord dat we graag zagen. We waren terug op weg! Of zo dachten we… In een smal veldweggetje waar de donkerte van de nacht nog hardnekkiger leek te zijn, wilde ik wat plaats maken voor een auto te laten passeren. Die tegenligger bleek een ander deelnemend koppel te zijn. Later vernam ik dat de man de prachtige voornaam Didier had, maar dit terzijde. Nu, dat koppel was, samen met hun hondje, het noorden letterlijk kwijt, en ook wij waren niet meer zo zeker van ons stuk. Was dit nu een veldweg? Neen, daar rijd je gewoon tussen de boomgaarden. Is dat nu verhard of niet? Hebben ze ons weer in de luren gelegd? We wisselden wat informatie over wat we (niet) wisten en wat we al gezien hadden en onze wegen zouden daar scheiden om elkaar niet meer terug te zien.

Dit lijkt nu al een hele rit van wel zo’n honderd kilometers. Neen. Wij zaten aan hokje 39 van de 154. En plots kwam het besef dat tijd misschien toch niet zo relatief was en we waagden de sprong naar een mogelijk volgend vakje. En terecht, want net als Beatrice en Vergilius Dante op weg hielpen, verschenen de kartonnen tot ons om ons de juiste route te wijzen.

En toen was er een kerk

Tot we weer ergens rondjes bleven rijden… We zaten ondertussen in Gingelom, moesten onder een brug door, wat we deden. Vervolgens moesten we ergens uitkomen, op laten we zeggen een -t, wat we dan weer niet deden. Dus ook hier moesten we terugkeren en onderzoeken waar we de mist zijn ingegaan. Nu was het zo dat onze vrienden organisatoren het leuk vonden om een hokje van plaats te verwisselen met een ander hokje. Conclusie: we volgden dus niet het juiste bolleke en nog minder het juiste pijltje. Gelukkig hadden we het gezien zonder al te veel tijd te verliezen en nadat Goele Pink Floyd notuleerde, cruiseden we op de steenweg richting Hannuit. Een pijltje dat vanuit een zoveelste bolleke vertrok werd door mijn bevallige copiloot kundig vertaald naar: sla hier, aan dat kerkje, links in en ga dan naar rechts een woonerf op. Zo gezegd zo gedaan. De weg die volgens ons wel eens woonerfgebied kon zijn, was, eh… interessant. Na enkele meters hadden we eigenlijk al in de mot dat dit helemaal geen weg was, maar een wandelpad richting de kerk. Tegen beter weten in, maar eerder voor de lol – want je weet maar nooit – reden we toch nog wat verder. Tot we konden kiezen: of we schuren langs de kerk, of we rijden het kerkhof op, of we keren terug. Van kiezen was eigenlijk geen sprake. Hilariteit alom en al schaterlachend zette ik mijn Fiesta in achteruit en behendig voorzichtig begaven we ons terug op de normale weg, weg van het woonerf van Jezus. Plezier alom! Een volgende weg naar rechts was dan blijkbaar wel een woonerf. Dit hebben we dan ook weer gehad.

Hulplijnen, deelnemers en konijnen

Nu ging het goed. Te goed. In Waasmont reden we alweer toertjes. Zoveel toertjes dat het geen toeren meer waren… Walibi, dat zagen we nog en schreven we op. Maar we bleven rond het kapelletje draaien en besloten onze hulplijn te bellen… Franky to the rescue en, daar de tijd al enorm was geslonken en we voor middernacht thuis moesten zijn, stuurde onze vriend ons op weg waarbij we enkele hokjes konden overslaan, maar daardoor ook pijnlijke strafpunten in ontvangst moesten nemen. Het zij zo.

We passeerden al voordeuren van een aantal vrienden in onze queeste, maar het moet ergens aan de andere kant van de taalgrens zijn geweest, dat we een tweede maal andere autozoektochtgenoten tegen kwamen. Kaat en Wim, vlak voor ons gestart, waren het spoor bijster. Niet onlogisch, want ook bij ons kwamen weer twijfels. Er was daar namelijk een weg dat geen weg kon zijn… Het leek verhard, maar in het midden stond het gras zó hoog dat we het voelden kietelen aan onze voeten. Enfin, dat is misschien wat overdreven, maar het onderstel van mijn auto moest het verduren. We praatten hier even over met Kaat en co en ik geloof dat ze besloot ook haar hulplijn te bellen, terwijl wij het toch waagden om het hoge gras door te rijden. Ook dat bleek de juiste route te zijn.

Een lange route weliswaar, waar ik mijn Fordje wat schuin en tergend traag over het gras manoeuvreerde om zo geen schade te berokkenen. Misschien maar goed dat ik zo traag reed, want misschien wel tientallen konijnen sprongen voor en naast ons door. Het bracht wel iets bij aan het moment: het was er mooi en rustig, niets dan velden, een beetje fauna, open sterrenhemel en in de verte wat straatverlichting dat het totaalbeeld in onze netvliezen wist te prenten.

Avondklok

Het ging goed, vlotjes, gesmeerd, met de vingers in de neus. Alsof Goele en ik het gewoon zijn om dit dagelijks te doen. Het is misschien een teken van onze goede verstandhouding. Een tandem, een onafscheidelijk duo, Sherlock en Watson, Carmen en Xavier. We zagen het helemaal zitten om dit tot een goed einde te brengen. Maar, helaas… Het is opnieuw corona die roet in het eten van ons zaterdagavondvertier gooit.

Voor we vertrokken vroeg ik nog gekscherend: ‘We gaan toch voor twaalf uur thuis zijn?’. Dat het van onze rijkunsten zou afhangen… En zo geschiedde, we begaven ons ergens in Linter en het was zo’n twintig minuten voor middernacht toen Franky ons belde met de vraag waar we zaten. Ergens in Linter dus. Slechts een zestal minuten verwijderd van onze eindbestemming als we nu de bollekes en pijltjes aan de kant zouden schuiven en even onze gps opzetten. Terug aan de Halleman stond de organisator ons op te wachten. Waren we de laatste? We zagen toch niemand anders.

Jammer genoeg had niet iedereen het tot het einde gehaald. Dit door verschillende omstandigheden, zoals Maarten die zijn kinderen in bed moest steken, of een man die nog een eindje naar huis moest rijden met zijn mooie Jaguar cabrio van 1955, of Didier die met vrouw en hond ook een weg huiswaarts moest zoeken. Helaas konden we dus onze wilde verhalen achteraf niet delen met elkaar.

Het leek erop dat wij, samen met Kaat en Wim het verst waren geraakt. Het zou er dus om spannen! De strafpunten kunnen ons redden of ons de das omdoen. We gaven onze papieren af en vertrokken huiswaarts, alwaar we nog mooi op tijd en moe maar voldaan aankwamen en ons met een lekker drankje in de zetel ploften. Dat hadden we verdiend!

Didier

Dit bericht heeft één reactie

  1. ShadowHunter
    ShadowHunter

    Geweldig verslag, ik kijk alvast uit naar de volgende editie. Dikke proficiat aan alle medewerkers en deelnemers!

Reageren is niet mogelijk.